Thursday, April 23, 2009

Martin Bril

Martin Bril is dood.

We lagen op bed gisterenavond toen P. dit verdrietige nieuws oplas van zijn iPhone.

De dag begint voor mij altijd met een aantal favoriete blogs, de column van Bril is daar een van. Het was me al opgevallen dat er op martinbril.nl al ruim een week geen nieuw stukje was geplaatst. Ik wist dat hij ziek was. Toch kwam het nieuws van zijn dood als een schok, niet zo heftig als bij het bericht van een overleden familielid, maar toch als een schok.

Nu is er een condoleanceregister op Brils site. Dat is naar, maar goed dat het er is voor Brils vrouw en kinderen, alleen had het condoleren van mij op een andere plek gemogen. Gelukkig is er nog het Volkskrant archief met verzamelde columns.

Mijn favoriete stukje is de 'oude meneer' . Het zit vol met typisch brilliaanse weemoed, details en scherpe observaties, waardoor de oude man in mijn geheugen is gegrift.

Vijf jaar lang zag Bril de oude meneer midden in zijn kamer zitten als hij op straat liep, "in een grote stoel, recht tegenover een oud televisietoestel. Vaak stond het ding aan, maar nooit keek mijn meneer ernaar. In plaats daarvan dommelde hij. Het hoofd geknakt op de borst."

Toen meneers kamer in het verzorgingshuis werd leeggeruimd sprak Bril de mensen die daarmee bezig waren aan. Het waren kennissen van de meneer. De oude man was overleden. Hij was balletdanser geweest. "Dit brak mijn hart", schrijft Bril. "Een balletdanser die zo aan zijn einde moest komen. Zou hij zich het podium, de geur van de coulissen, de opwinding en spanning in de kleedkamers nog hebben herinnerd?"

Een stukje verder vervolgt hij:"Al voor de Tweede Wereldoorlog moet mijn meneer op de planken hebben gestaan. Niet te bevatten, eigenlijk. Want het leven van een danser is per definitie kort. Dat is nu zo, en zal toen ook zo zijn geweest. Bij dertig houdt het op. Maar mijn meneer had toen nog vierenzestig jaar voor de boeg. De laatste jaren zullen het langst hebben geduurd."

De meneer leeft op een mooie manier voort dankzij Bril. Door zijn stukje ben ik op Wikipedia gaan kijken wie de meneer nu eigenlijk was, Johan Gerrit Mittertreiner, "de naam voor een romanpersonage van Joseph Roth", aldus Bril.

Dankzij hem zal ik de oude meneer niet snel meer vergeten. Net zoals veel onderwerpen van zijn stukjes. Denk aan'rokjesdag', en zijn beschrijvingen van het Franse leven, waar ik op zich niet direct iets mee heb, maar toch mooi vind door zijn ogen. En Simenon prijkt door hem toch onverwacht op mijn lijstje van auteurs die ik nog wil lezen.

De oude meneer ging slechts twee maanden voor Bril dood.

Dank je wel Bril voor al je prachtige stukjes.
Ik zal je missen.

Tuesday, April 14, 2009

Grasmaaien met honden

Britten houden van geschoren gazonnetjes. Ik had er nooit zo over nagedacht, maar hier moet ik wel, want we hebben een kwart voetbalveld waar iets mee moet. Vorig jaar hadden we daar een onwillige tuinman voor. Dit jaar bedacht ik dat ik het zelf wel kon doen. In plaats van de sportschool ging ik maaien, want dat had massa's voordelen hield ik mezelf voor. Gezond buiten, topsport in de tuin, de extra kilo's zouden snel verdwijnen, geen gedwongen samenzijn meer met de tuinman, iedere maand 125 pound uitgespaard, en de honden waren ook gelijk lekker buiten. Hoe meer ik erover dacht, hoe geweldiger ik mijn plan vond. Alleen hadden de honden natuurlijk een bovenmatige aandacht voor mijn maaier. En omdat dat niet mocht, gingen ze overal graven en toen dat niet mocht, gingen ze eindelijk rustig liggen, dacht ik. Next time I looked up: geen hond meer te bekennen. Weg. Ze waren niet binnen, niet in de tuin. Shit. Waar waren ze? Ik zag gelijk de aanplakbiljetten van verdwenen honden voor me. 'You should chip your labradoodle and mark his collar that he's chipped, he's so beautiful', was me pas nog verteld. Ik zou het gaan doen, maar het was te laat, te laat, jammerde het door mijn hoofd. Wat moest ik 8-jaar vertellen als hij terugkwam van opa en oma in NL? Dat zijn favoriet was verdwenen omdat ik te druk was met grasmaaien. Ja, mama wist prioriteiten te stellen. Ineens zag ik de teckel de achtertuin inkomen. Gelokt door mijn schreeuwen van haar naam, maar de grote hond was nog steed weg. Al wel tien minuten en wie weet hoeveel langer. 'Zoek, zoek,' zei ik tegen de snel aangelijnde teckel. Ze snuffelde wat aan de grond en keek me niet begrijpend aan. Dus zocht ik, eerst links de weg af, niks en toen rechts en weer rechts en toen zag ik ineens een grote zwarte hond in een tuin liggen. Mijn hond. Hij kauwde op een bal. Drie kinderen zaten om hem heen. Hij lag erbij, alsof hij thuis was. Hij keek eens naar die neurotisch roepende, bezwete vrouw met teckel met een blik alsof hij zeker wist dat hij niet bij dat gestoorde troepje hoorde.

Sunday, April 12, 2009

Extra kilo's, wat te doen?

Die extra kilo's, ik dacht altijd dat ze je tussen je dertigste en veertigste zouden lastig vallen, maar ze bleven weg. Ik was eeuwig jong, altijd slank, kon altijd alles eten, maar tien jaar later, vorig jaar in de VS hadden ze me toch te pakken. Niet alle kleren zaten even lekker en bij mijn moeder op de weegschaal in NL - uit liefde voor mezelf doe ik niet aan weegschalen, hoewel ik het misschien nu zou moeten overwegen - zag ik plus 4 kilo. Dat is nog altijd geen ramp, want andere mensen vinden me nog steeds slank, ook P. gelukkig. Maar ik vind het niks. Die extra kilo's zitten als een band rond heupen en buik. Kilo per heup, twee kilo buik. Toch geveld door de leeftijd? Of het Amerikaanse eetpatroon? Maar ze gaan er in de UK niet af. Vorige week zag ik mezelf in de spiegel van het zwembad, brr een walrus in badpak vond ik. Niet fraai. Dus, wat te doen. Minder eten en niet meer drinken, want al die glaasjes wijn doen de heupen geen goed. Het hardlopen oppakken is een overweging, maar ik moet al een uur per dag buitenlopen met 2 honden en ik moet ook nog werken en socialiseren en nog veel meer. En de teckel kan niet zo lang hardlopen op die korte beentjes, dus het moet echt van minder eten en drinken komen. Niet dieten, dat is ook weer onzin, maar gewoon niet meer drinken door de week - god weet hoe moeilijk dat is, want al veel vaker zonder succes geprobeerd - niet meer snoepen, minder boterhammen, geen pindakaas en chocopasta uit de pot likken onder het werk, want dat is natuurlijk nadelig in deze, thuis werken met al het lekkers onder handbereik. Misschien moet ik dan toch maar een office huren om die 4 kilo's kwijt te raken.

Tuesday, April 07, 2009

Gaslek

Drie weken geleden stond er een man voor de deur, die vroeg ik of ik had gebeld voor de gaslucht in de straat. 'Nee," zei ik. 'Maar uw adres is doorgegeven', zei de man. Op zijn jasje stond dat hij van British Gas was. 'Nee, ik was het niet,' zei ik nog maar een keer. Misschien waren het de buren.

's Avonds zei P. dat hij wel eens gas rook voor onze oprit, maar hij had niet gebeld naar British Gas.

Ons huis ligt aan de A25, dat klinkt als een doorgaande weg, en dat is het ook, maar dan van het formaat dat je in NL als polderweggetje zou omschrijven, wel een heel druk polderweggetje, dat dan weer wel. Naast de weg ligt een voetpad, waar wij altijd overheen moeten rijden om bij ons huis te komen en ons huis ligt zo'n dertig meter van het voetpad, waaronder zich naar nu blijkt een mogelijk gaslek bevindt.

Drie dagen later stapte ik uit bed, en hoorde gedril. Door het raam zag ik dat drie bouwvakkers de geasfalteerde stoep voor mijn oprit opendrilden. Binnen een minuut was ik aangekleed buiten. 'Hoe moet ik nu weg met mijn auto?',vroeg ik. Dat was allemaal geen probleem, als ik weg wilde zouden de mannen het gat even afdekken. Ze waren eveneens van British Gas.

"Waarom maken jullie dat gat eigenlijk?", wilde ik toen weten. Ze waren op zoek naar en gaslek, vertelden ze. Dat klonk zorgelijk vond ik. 'Kan dat gaslek kwaad voor mij en mijn geliefden?', wilde ik weten. Ik zag ons al in vuur en vlam opgaan, als een voorbijganger een sigarettenpeuk zou weggooien voor onze oprit. Nee, zeiden de mannen, en ze kwamen met een fijne theorie. 'Het lek lag open, dus het gas kon zich verspreiden en dan was het niet gevaarlijk. Een in de straat opgepropte gasbel zou pas gevaarlijk zijn.'

Een dag later lag het gat er onaangeroerd en afgedekt bij, omringd door rood wit gestreepte waarschuwingspaaltjes. Een hele week gebeurde er vervolgens niets, totdat de British Gas mannen er vorige week ineens weer waren. Met excuses voor het gat, ze hadden een spoedklus elders gehad.

En wij waren geen spoedklus met een gaslek?

'Is het lek nu gevonden?', vroeg ik belangstellend, toen ze met rood aanlopende hoofden de stoep met platen afdekten, toen ik met de auto wegwilde - vandaag is er een tweede gat gedrild voor mijn oprit. 'Nee, dat kon nog lang duren, het lek kon wel bij het restaurant een paar honderd meter verderop zijn.' 'Maar waarom dril je dan voor mijn huis de straat open?', vroeg ik. 'Omdat het gas hier naar de oppervlakte komt.' zei de man en zijn verhitte gezicht dulde geen tegenspraak.

Wordt vervolgd

DVLA-bitch

Een half jaar geleden nam ik mijn pracht new beetle mee vanuit de VS naar de UK. Eindelijk had ik eens een nieuwe afbetaalde auto die ik al heel lang had willen hebben. Verschepen bleek goedkoper dan een vergelijkbare auto kopen in de UK, dus reed ik superstoer met mijn Amerikaanse kentekenplaten door de Engelse countryside. Leuk om onder Obama als nepamerikaan in de UK te zijn vond ik, tot ik erachter kwam dat de politie een nog niet Brits geregistreerde auto, waarvoor dus geen belasting is betaald, mag innemen en vernietigen. VERNIETIGEN, zijn ze helemaal gek geworden. Dat is een wel erg strenge straf, voor iemand die best belasting wil betalen. Maar dat gaat zomaar niet. Eerst moest het kevertje aangepast worden aan de Britse verkeerseisen. Niet dat daarmee je stuur naar de rechterkant van je auto wordt geplaatst, nee het is meer een keuring of je lichten wel goed op de weg schijnen als je aan de linkerkant rijdt. En natuurlijk moet je een mistlamp hebben - tja, foggy England - aan de juiste kant van je vehicle. Alles bij elkaar kostte de keuring plus de aanpassingen - heb nu een lelijke mistlampknop op mijn eens zo strakke dashboard - een slordig 400 pond. Maar ok, dat is nog altijd goedkoper dan een auto kopen in Engeland. Toen kwam de registratie, waarvoor een hele papierwinkel nodig is, waaronder het eigendomsbewijs van de auto, de title. De eerste had ik in de VS in de vuilnisbak gegooid, omdat ik dacht dat het een raar advertentieding was. En de tweede heeft misschien wel een zelfde lot gehad, maar we hebben nog altijd een kopie met stempels. 'That's not good', zei de mevrouw van DVLA toen ik voor de tweede keer aan haar loket in Wimbledon kwam. Wimbledon is een uur met de trein, want die ellendige administratie kan niet per post en dichterbij is geen kantoor. De eerste keer dat ik ging had ik de title niet bij me want ik had niet goed de kleine letters gelezen. Ze vertelde me toen dat ik de title moest hebben en ook mijn verzekeringbewijs. O ja, die kopie is prima zei haar collega, alvorens ik na het trekken van een nummer ruim een half uur moest wachten. Maar het kreng dat me herkende van de vorige keer vond van niet. 'But your colleague said..', ging ik in de aanval. Spinnig keek ze me aan. Mijn verzekering was ook niet orde. Had niet op de US license plates gemogen, maar alleen op het chassisnummer. Dat had ze me niet gezegd, stond niet in de manual voor autoregistratie en haar collega vond het een half uur geleden prima. Maar er viel niet met de bitch te praten. En haar collega zag ik niet meer, hij durfde zeker niet met haar in discussie, bang voor zijn baan. Nog steeds ben ik kwaad erom en inmiddels ook wat wanhopig, want die verzekering op het chassisnummer zetten is snel geregeld, maar ik moet ook nog een originele title zien te krijgen, of een stamped lettre van de manufacturer van de Beetle. Wat die stamped lettre moet bewijzen weet ik niet. Toch niet dat ik de eigenaar van de auto ben, want dat weet die manufacturer toch ook niet. Geluk bij een ongeluk is dat beetles nog gewoon worden gemaakt, wat je vandaag de dag niet meer van alle auto's kunt zeggen. Maar kut is het wel. Heb ik een prachtautootje staan, mag ik er niet in rijden. En wanneer het wel kan, is onzeker. Als het aan de DVLA-bitch ligt nooit ben ik bang.